U bevindt zich nu op: De Jaren 1972-1974 1973

1973

In 1972 had de laatste High Flight plaatsgevonden Iedereen wordt bedankt. Veel 314 maten hadden eraan meegedaan en alle NF-5's waren heelhuids op vaderlandse bodem, mede dankzij het werk van de Nederlandse crewchiefs in het barre koude Canada. In dit jaar kon dus optimaal gevlogen worden, ondanks de motorproblemen. In februari werd Neus Versteeg uitgedronken en dat was, na juli 1971 toen Charlie Roels vertrok, een nieuwe stap op de weg om de geluidsoverlast terug te dringen. Kort er na gingen een aantal gunnery Aces naar Schleswig om deel te nemen aan "Bulls Eye". De schietcompetitie AFNORTH werd een gedeeltelijk succes voor de mannen uit Eindhoven. Een verdienstelijke derde plaats werd bereikt en het had beter gekund, maar gastsquadron laat je uiteraard de eer aan de echte deelnemers. Toch werd er nog een prijs bemachtigd en wel het predikaat: "Friendliest team of the Meet". Nooit weg! Het was na afloop dan ook af te lezen op de gezichten van de mannen op de Harley van Cees Campfens. Jo de Wert weet er ook alles van want hij ging als vaste squadron chauffeur mee naar het verre noorden. De andere gladiatoren, naast de TD mannen uiteraard, waren in deze Skandinavische Duitse Area Joop Tichelaar, Marcel Nijdam, Leo Scholte en Ab Kleyne. Alvorens Majoor P.Schlösser in juni het bewind overgaf aan Majoor G.Goes gingen een aantal mannen naar Spätind en de hele club op excursie naar het IJzeren Gordijn. Een excursie die voortreffelijk geregeld was door GLO-Willem Essers. Toch was er in juli ook nog een uitstapje voor een aantal maten. Vier man gingen naar Fürstenfeldbruck. Zij waren Danny en zijn kornuiten Holden, Tumbler en Tucson. En die vier gingen op zoek naar Lady X. Jammer dat ze juist gevlogen was in een Moose van Russische makelij. Voor Jan Smit, Marcel Nijdam, Jeroen Ophoff en Frans de Lange was het veel leut en ver weg. Bij terugkomst gaf de Blue Flight van Karel Renzema een chianti-feest. Reden was de squadronrotatie met een Italiaans 104 squadron uit Villa Franca aan het Garda meer, om de thuisblijvers te laten mee genieten. Het is nog gelukt ook met die landwijn en meeldraden. Ondanks veel wegblijvers deed 314 een machtsgreep in het Messbestuur en de coupe slaagde wonderwel. Drie vliegers in het bestuur van vijf. Het hele jaar was al toegespitst op "Absalon "Express". Ditmaal een AMF oefening vanaf Karup in Denemarken. Veel uren maken rond en boven het Skagarak en Kattegat. Ondanks veel wind, slecht weer en zoutaanslag werd er zelfs nachtgevlogen, om een belofte aan het burger thuisfront van de regio in te lossen. Wat er allemaal al niet voor gedaan wordt. Zelfs een ander met het lawaai opschepen! Tijdens die move belandden er "en passant" in Kopenhagen, nog wat vliegers in de bajes. De nachtelijke escapade had een staartje. Verkleumd en wel kwam de meute de andere dag zonder slaap, een nieuwe ervaring rijker en toch voldaan in een Dakota terug in op Karup. Inmiddels is de band met Philips weer wat aangehaald. Een feestje met Philair vliegers draagt daartoe bij. De oliecrisis gooit roet in het vliegeten. Een speciale mededeling bracht lucht en dan blijkt maar weer dat het buitenland zo z'n positieve kanten heeft. Ondanks weinig olie is er geen reden om het Whiskey-feest niet te laten doorgaan. En terecht. Zo was 1973 toch weer een enerverend jaartje, zelfs voor Willem Janssen. Hij had zes dochters, inmiddels zeven, en van hem kan dus moeilijk gezegd worden dat ie stil heeft gezeten. Toch werd zijn positie bedreigd door Thomas van Iersel. Op 1augustus 1973 werd hij benoemd en aangesteld tot 2e Luitenant voor Speciale Diensten. De effectieve rang van Sergeant-Majoor bleef echter. De verbazing steeg nog verder toen hij pas per 1november 1973 werd bevorderd tot Adjudant-Onderofficier. Uiteindelijk hoort op een vliegend squadron ook een echte vlieger en tevens een echte Luitenant-Adjudant thuis. Al het andere blijft surogaat! Maar Willem mocht toch blijven zitten, waar Piet Schampers vóór hem al 7 jaar had gezeten, met dat verschil dat Willem nu met het squadron in een bakstenen gebouw huist, iets wat velen hebben gemist. Toch geen spijt, maar dit moderne gebouw mist wel alle romantiek van de groene keten van weleer. De pure romantiek is trouwens ook uit het vliegen, zeker sinds de komst van de NF-5 wordt alles binnen de mogelijkheden veel professioneler aangepakt. Alles wordt beter voorbereid en uitgevoerd en dan is het nog moeilijk genoeg onefficient iets te bereiken. Uiteindelijk wordt de vlieger steeds meer een duizendpoot. Neemt niet weg dat het ook van 'm gevraagd mag worden om de middelen optimaal te gebruiken. Kortom het wilde tijdperk is voorbij. Het missen van steden en meren is nu teruggebracht tot het missen van "deuren in weilanden". De twijfels voor 1974 waren begrijpelijk. Wat zouden de mogelijkheden zijn van de komende jaren als de peutkranen dicht bleven? Betekende het een beperking voor de wolkenridders en hun stalen rossen?

<<<----- Vorige - Volgende ----->>